Opleiding

Opleiding behoort tot de kernopdrachten van de universitaire ziekenhuizen. Alle universitaire ziekenhuizen dragen de wettelijke verantwoordelijkheid voor de algemene klinische vorming van studenten geneeskunde. Zij staan ook in voor de continue vorming van huisartsen en geneesheer-specialisten. Zij bevorderen tenslotte ook het adequaat gebruik en de verspreiding van nieuwe medische technologieën.

Algemene klinische opleiding

De universitaire ziekenhuizen verzekeren, quasi exclusief, de opleiding van studenten geneeskunde gedurende hun studie. Ze doen dit door:

  • Studenten geneeskunde vertrouwd te maken met patiëntencontacten tijdens de twee bachelor jaren (eerste cyclus)
  • Studenten geneeskunde klinisch op te leiden tijdens de doctoraatsstages (tweede cyclus)

De eerste zeven jaar van hun opleiding brengen toekomstige artsen dus bijna exclusief in universitaire ziekenhuizen door.

Op overwegende maar niet exclusieve wijze staan de universitaire ziekenhuizen in voor de opleiding van studenten geneeskunde tot geneesheer-specialisten (derde cyclus). Al naargelang het specialisme in kwestie, duurt deze opleiding vijf tot zes jaar: vijf jaar voor de medische specialismen en zes jaar voor de heelkundige specialismen.

Al deze opleidingen hangen af van de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid die via commissies per specialisme de stageplannen van toekomstige geneesheer-specialisten organiseert en goedkeurt. Zo duidt het FOD Volksgezondheid de stagemeesters aan en stelt een beperkte lijst van stagemeesters per specialisme op. Deze stagemeesters spelen een belangrijke rol bij de organisatie van de opleiding. Om te worden erkend als stagemeester moet men voldoen aan zeer strenge vereisten van wetenschappelijke kennis en organisatietalent.

Hoewel stagemeesters en artsen in opleiding ook actief zijn in algemene ziekenhuizen vormen de universitaire ziekenhuizen toch de hoeksteen van de opleiding tot specialist. Elk stageplan omvat dan ook obligaat twee jaar activiteit in een universitair ziekenhuis.

De opleiding in wetenschappelijk onderzoek (‘vierde informele cyclus’) wordt eveneens grotendeels verzorgd door de universitaire ziekenhuizen. Dit gebeurt via de omkadering van doctoraatsthesissen.

Voortgezette opleiding

De professoren van universitaire ziekenhuizen staan, hetzij rechtsreeks hetzij via de omkadering van anderen, ook in voor de voortgezette opleiding van huisartsen en specialisten. Deze verantwoordelijkheid en activiteiten vereisen een wetenschappelijke inzet en een grote beschikbaarheid. Deze inzet bestaat bijvoorbeeld binnen de Lokale Kwaliteitsgroepen (LOK) of binnen diverse medische verenigingen en gespecialiseerde stichtingen.

Opleiding in andere medische disciplines

Ook deze opleiding wordt hoofdzakelijk door de universitaire ziekenhuizen verzekerd. Ze richt zich hoofdzakelijk tot diegenen die, hetzij individueel of als lid van een multidisciplinair team, betrokken zijn bij zorgverstrekking in maar ook buiten ziekenhuizen. Het gaat hierbij om studenten in de verpleegkunde, tandheelkunde, kinesitherapie, ergotherapie, logopedie, klinische psychologie, laboranten,…

Opleiding en verspreiding van nieuwe technologieën

De 7 universitaire ziekenhuizen ontvangen zowel vanuit binnen- als buitenland professionals die zich willen bijscholen of kennis willen nemen van de geavanceerde medische diensten op de plaats waar ze ontwikkeld werden. Deze missie, het verspreiden en promoten van nieuwe technologieën vraagt van de 7 universitaire ziekenhuizen echter een grote inspanning.